Cookies help us deliver our services. By using our services, you agree to our use of cookies.

Danger

Versie door Pim (Overleg | bijdragen) op 18 mrt 2011 om 16:34 (Er is gevaar, wat dan?)

Bij de benadering van een slachtoffer zijn een aantal zaken belangrijk. Allereerst natuurlijk om als hulpverlener rustig te blijven, niet in paniek te raken en op een gestructureerde manier Eerste Hulp te verlenen. De onderdelen DRS oftewel Danger (gevaar), Response (reactie) en Shout for Help (roep om hulp) vormen de eerste basis voor de start van de hulpverlening. Men gaat na of er een direct gevaar is voor hulpverlener, omstanders en slachtoffers en neemt zonodig dat gevaar weg. Daarna wordt gekeken of het slachtoffer aanspreekbaar is, of niet reageert op aanspreken en voorzichtig schudden. Hulpverlenen doe je bij voorkeur nooit alleen, dus wordt in een vroeg stadium een omstander of collega hulpverlener gevraagd om je te assisteren.

Inhoud

Danger

De eerste stap bij het verlenen van Eerste Hulp -waar dan ook- is het zorgen voor een veilige werkomgeving voor de hulpverlener en een veilige situatie voor omstanders en het slachtoffer. Een gewonde hulpverlener is niet in staat goed hulp te verlenen aan het slachtoffer en de gevolgen voor beiden kunnen groot zijn. Ook dienen extra slachtoffers te worden voorkomen, door omstanders een veilige plek te wijzen. Alvorens men start met de hulpverlening dient de hulpverlener er van overtuigd te zijn dat de situatie veilig is, of dient hij eerst te zorgen voor een veilige situatie door het gevaar weg te nemen, of indien de situatie het toelaat het slachtoffer te verplaatsen naar een veilige omgeving.

Het beoordelen van de situatie op veiligheid is niet iets dat je in 1 dag leert. Het vergt training, gewaarwording en praktijkervaring. Alle zintuigen zijn nodig om een situatie te beoordelen. Neem tijd om de situatie te overzien, te kijken of er factoren zijn die een gevaar kunnen opleveren en of je mogelijk al een snelle indruk kan krijgen van het ongevalsmechanisme. Ook het gehoor en de neus spelen een belangrijke rol, denk aan het weglekken van gas dat men zowel kan horen als ruiken. Vreemde geuren kunnen een aanwijzing zijn dat er wat mis is. Niets ruiken wil overigens niet zeggen dat er geen giftig gas aanwezig kan zijn (denk aan koolmonooxide. Ook de huid en het gevoel kunnen helpen bij het beoordelen, denk aan temperatuur, vochtigheid en elektriciteit.

Behalve omgevingsfactoren kan ook het slachtoffer zelf een bron van gevaar zijn voor de hulpverlener. Sommige ziektebeelden geven agressie en bijvoorbeeld bij druggebruik kan het slachtoffer onverwacht (agressief) reageren. Daarnaast kan het slachtoffer een besmettelijke ziekte hebben, die bijvoorbeeld via het bloed of ander lichaamsvocht overdraagbaar is. Draag bij voorkeur altijd handschoenen en probeer aanraking van het bloed te vermijden.

Ook omstanders kunnen onverwacht reageren op de hulpverlener en zelfs verbaal of fysiek geweldadig worden richting de hulpverlener. In dat geval kiest de hulpverlener voor zijn eigen veiligheid en trekt hij zich terug totdat beveiliging of politie voor een veilige situatie hebben gezorgd. <p/> Lees ook de tekst over het ongevalsmechanisme en hoogenergetisch trauma (HET)

Airbags
Let op: indien de airbags bij een ongeval niet afgegaan zijn, bestaat het risico dat deze na het ongeval

alsnog open gaan. Houd hier bij de benadering van het slachtoffer in de auto en met name bij de bestuurder en zijn bijrijder rekening mee. Kom nooit tussen het slachtoffer en het stuur of tussen slachtoffer en het dashboard in. Wacht tot de brandweer de airbags heeft uitgeschakeld. Eventueel kan men via het achterportier de auto in mits er geen brandgevaar of andere gevaren zijn. Je kunt dan eventueel de nek stabiliseren vanaf de achterbank. Indien de airbag opengaat terwijl de hulpverlener zich tussen stuur en slachtoffer bevindt is er een groot risico dat de hulpverlener ernstig gewond raakt.

Er is gevaar, wat dan?

Er zijn grofweg drie mogelijkheden indien er een gevaarlijke situatie is:

  1. Het slachtoffer ligt op een gevaarlijke plaats en de hulpverlener kan hem (middels de Rautek Manoeuvre) naar een veilige plaats brengen, zonder zelf in gevaar te komen.
  2. De hulpverlener kan zelf (of met hulp van omstanders) het gevaar afwenden en de gevaarlijke situatie beeindigen, zonder daarbij zelf in gevaar te zijn.
  3. Het is niet mogelijk om de gevaarlijke situatie weg te nemen of het slachtoffer te verplaatsen zonder zelf in gevaar te komen. Er is professionele hulp nodig om een veilige situatie te creëren.

Lees ook: de noodvervoersgreep van Rautek.

Response

De tweede stap van het protocol is het testen van het bewustzijn van het slachtoffer. Dat is een logische stap, immers zullen we eerst contact maken met het slachtoffer alvorens te starten met het verlenen van Eerste Hulp. Indien er een acuut levensbedreigende aandoening is, zal het contact kortstondig zijn en men direct het probleem aanpakken. Lijkt er niet een acuut probleem te zijn dan heeft men wat meer tijd om vragen te stellen over wat er aan de hand is, wat het ongevalsmechanisme is en wat je voor het slachtoffer kunt betekenen. <p> Bij de eerste benadering van het slachtoffer kan men al veel informatie krijgen, indien het slachtoffer de ogen open heeft en praat, is hij aanspreekbaar. Reageert het slachtoffer niet op aanspreken, dan is het zaak om verder te kijken. De controle van de Response (reactie) heeft dus ook een functie in het onderscheid maken tussen een acuut bedreigd slachtoffer, of een slachtoffer waarbij je wat meer tijd hebt.

Grofweg zijn er twee stappen:

  1. Het slachtoffer aanspreken, bij voorkeur bij zijn voornaam.
  2. Indien geen reactie: voorzichtig aan beide schouders schudden

Waar vroeger de pijnprikkel werd gebruikt bij een slachtoffer dat niet aanspreekbaar was is dat in de hedendaagse Eerste Hulp verlaten om dat deze vaak inadequaat werd toegepast.

Het geteste bewustzijnsnivea kan worden ingedeeld doormiddel van de AVPU score, een versimpelde versie van de Glasgow Coma Scale ofwel EMV.

AVPU Testen Reactie
Alert Het slachtoffer is alert en spreekt met de hulpverlener Het slachtoffer reageert adequaat op vragen
Verbal Het slachtoffer wordt duidelijk aangesproken Het slachtoffer opent de ogen als hij wordt aangesproken
Pain Er wordt geschud of een pijnprikkel toegediend Het slachtoffer reageert op de pijn door de plaats van pijn op te zoeken, te bewegen, terug te trekken of te kreunen
Unresponsive Er wordt aangesproken en een pijnprikkel toegediend Er is geen reactie op de toegediende prikkels

In de Response wordt kortstondig navraag gedaan naar de klachten van het slachtoffer, het ongevalsmechanisme en andere zaken die op dat moment van belang kunnen zijn. Een uitgebreide anamnese (vraaggesprek) vindt later plaats als de vitale functies gecontroleerd zijn.

Shout for Help

Hulpverlenen doe je bij voorkeur niet alleen. In veel situaties zullen er omstanders zijn waarvan je als hulpverlener goed gebruik kan maken. Soms zal er niemand in je directe omgeving zijn en moet (letterlijk) om hulp roepen, op een noodbel drukken of hopen dat er toevallig iemand langs komt. Shout for help is dan ook letterlijk 'het roepen/vragen om hulp'. <p> Vraag direct als je aankomt bij de ongevalssituatie om hulp, omdat omstanders de neiging hebben om te vertrekken als iemand zich opwerpt op Eerste Hulp te gaan verlenen. Spreek iemand direct aan: 'Meneer, kunt u bij me blijven, ik heb uw hulp zo nog nodig'. Zorg ervoor dat iemand zich aangesproken voelt, stel een beleefde doch dringende vraag. Met 'Kan iemand me misschien even helpen' voelt een groep zich niet aangesproken.

Waarvoor kan je omstanders vragen je te helpen?

Soms zijn er omstanders die ook beschikken over een diploma Eerste Hulp, of verpleegkundige of arts zijn. Vraag hen je te helpen en eventueel de hulpverlening over te nemen.