Cookies help us deliver our services. By using our services, you agree to our use of cookies.

Wijzigingen

Thermische letsels

9.191 bytes toegevoegd, 21 mrt 2011 16:25
Nieuwe pagina aangemaakt met 'Hoofdstuk 10 Thermische letsels Thermische letsels ontstaan door warme en koude invloeden die inwerken op het lichaam. Er zijn verschillende categorieën te onderschei...'
Hoofdstuk 10 Thermische letsels
Thermische letsels ontstaan door warme en koude invloeden die inwerken op het lichaam. Er zijn
verschillende categorieën te onderscheiden:
· brandwonden
o door warmte
o door chemische vloeistoffen
o door elektriciteit
· elektriciteitsletsel
· bevriezing
Brandwonden
Inleiding
Jaarlijks verbranden ongeveer 65.000 mensen zich, de één erger dan de ander. Hiervan worden jaarlijks
1550 slachtoffers opgenomen in een ziekenhuis en nog eens 400 mensen behandeld in een
brandwondencentrum. Brandwonden komen in alle leeftijdscategorieën voor. Onder 0-4-jarigen is de
incidentie echter twee maal zo hoog als in oudere leeftijdsgroepen. Onder jonge kinderen worden vooral
jongentjes getroffen, bij ouderen vooral vrouwen. Waarschijnlijk spelen huishoudelijke bezigheden
hierbij een rol.
De lagere sociale klassen zijn onder de slachtoffers oververtegenwoordigd. In de zomer wordt een
hogere incidentie waargenomen.
Pathofysiologie
Onder brandwonden wordt rechtstreekse weefselschade van de huid verstaan die het gevolg is van
inwerking van warmte, wrijving, chemische stoffen en elektriciteit.
De ernst van brandwonden wordt bepaald door de diepte van de verwonding en de omvang van het
huidoppervlak dat is aangetast. Naast de ernst van de letsels wordt de prognose sterk beïnvloed door
de lokalisatie, de leeftijd en het al of niet optreden van complicaties. Kleine kinderen en bejaarden
worden in deze opzichten bij brandwonden meer bedreigd dan volwassenen. Complicaties van
brandwonden zijn infecties, contractuur- en littekenvorming, anurie, shock door verlies van vocht en
eiwitten en luchtwegverbrandingen.
Symptomen
De diepte van een brandwond wordt vastgesteld aan de hand van de kenmerken van de beschadiging
van de huid (epidermis en dermis).
Onderscheiden worden:
· Eerstegraads: roodheid (erytheem), pijn en soms zwelling; een forse zonneverbranding. Er is
geen essentiële beschadiging van de huid opgetreden.
· Tweedegraads: erytheem en blaarvorming bij een normale gevoeligheid van de huid (priktest
voor sensibiliteit is intact).
o Oppervlakkig: capillary refill ter plaatse van brandwond is aanwezig, de dermis is niet
ernstig aangedaan
o Diep: capillary refill ter plaatse van brandwond is sterk vertraagd of afwezig, de
beschadiging is tot diep in de dermis aanwezig
(de capillaire refill wordt bij brandwonden in principe niet getest door de EHBO-er)
· Derdegraads: dieprode of witte kleur, necrose en soms verkoling. De capillary refill ter plaatse
van de brandwond is afwezig, de sensibiliteit verstoord, er is geen pijnperceptie meer.
Doorgaans komen meerdere gradaties in één wond voor. Bij een derdegraads brandwond zal
daaromheen een gebied met tweede en eerstegraads verbranding liggen. Bedenk dat de ernst van
derdegraads brandwonden onderschat kan worden doordat deze brandwonden minder pijnlijk zijn door
verminderde of afwezige pijnperceptie.
5BOSA2 – Vaardigheden 138 Acute Geneeskunde
De omvang van een brandwond wordt uitgedrukt in een schatting van het percentage aangedane huid.
De ‘regel van negen’ geeft daarbij enig houvast.
Een ander hulpmiddel om de uitgebreidheid van een brandwond te bepalen is het handoppervlak met
gestrekte vingers. Het handoppervlak van het slachtoffer omvat ongeveer 1 procent van zijn
lichaamsoppervlak.
Figuur 11.1 Regel van negen
a: volwassene
b: kind van 5 tot 15 jaar
c: kind van 0 tot 5 jaar
Handelen
De manier van handelen is afhankelijk van de oorzaak van de brandwonden.
Algemene criteria voor doorverwijzing naar ziekenhuis:
· Derdegraads verbranding
· Verbrandoppervlak is meer dan 9% 2e of 3e graads
· Diepe verbranding door elektriciteit of bliksem
· Chemische verbrandingen
· Brandwonden over functionele gebieden (gelaat, handen, genitaliën, gewrichten)
· Luchtwegverbrandingen
· Circulaire brandwonden aan hals, thorax en ledematen
· Brandwonden bij kinderen of bejaarden
Tweede en derdegraads brandwonden dienen in principe zo schoon mogelijk en bij voorkeur steriel te
worden afgedekt. Hiervoor wordt het metallinegaas gebruikt. Dit bestaat uit een kompres met een
dunne laag aluminium of een niet-verklevende laag die op de wond gelegd wordt, zodat het gaas niet
aan de wond plakt. Een andere mogelijkheid is het gebruiken van speciale kompressen zoals WaterJel®
of Burnshield®, die een speciale gel bevatten. Deze gel zorgt voor verkoeling (praktisch wanneer er
geen water voorhanden is) en vermindering van de pijn. Daarnaast heeft het ook een positieve invloed
op de wondgenezing. Deze gel mag in tegenstelling tot brandzalf wel gebruikt worden wanneer het
slachtoffer doorgestuurd wordt naar een arts.
Brandwonden door warmte
· Heet voorwerp verwijderen of vlammen doven:
o Doof de vlammen met water, waarbij je het slachtoffer laat liggen. Ook slootwater kan
hiervoor gebruikt worden, het infectiegevaar weegt niet op tegen de verdere schade die
door het vuur veroorzaakt kan worden.
o Is er geen water, dan kan een deken gebruikt worden. Gebruik hiervoor nóóit een zilvergouden
reddingsdeken, deze zijn uiterst brandbaar! Sluit de deken eerst om de hals om
een schoorsteeneffect te voorkomen. Laat het slachtoffer liggen.
5BOSA2 – Vaardigheden Acute Geneeskunde 139
o Als er geen deken is, kan je het slachtoffer over de grond rollen. In geen beding rond
hollen, want dat vergroot de vlammen. Niet hollen, maar rollen.
o Brandende of smeulende kleding mag niet verwijderd worden. De huid kleeft aan de
kleding en verwijderen zorgt voor (ernstige) beschadiging van de verbrandde huid.
· DRS. ABCDE : Vitale functies controleren en direct starten met koelen
· Wondverzorging:
o Eerst koelen met water en dit minimaal 10 minuten lang. Het liefst met lauw water dat
zacht over de wond stroomt. Ook hiervoor kan indien niet anders mogelijk slootwater
gebruikt worden. Koelen geeft een pijnstillend effect, beperkt de vorming van blaren en
voorkomt verdere schade door dieper inwerken van de hitte in de huid.
Eventueel kan ook Burnshield of Waterjel gebruikt worden.
o Tweede- en derdegraads wonden moeten steriel afgedekt worden met Metallinegaas of
met niet-verklevende gazen. Indien Metallinegaas niet voorhanden is, kan ook een
normaal steriel gaas worden gebruikt of een schone doek. Bij grote oppervlakten kan
men gebruik maken van een Metalline-deken of een schoon laken.
o Brandblaren mogen nooit worden doorgeprikt, dit geeft onnodig infectiegevaar.
o Er mag geen brandzalf gebruikt worden, dit vergroot de kans op infecties. Daarnaast
verkleurt het de wond, waardoor het moeilijker door een arts te beoordelen is.
Burnshield of Waterjel is hierop een uitzondering.
· Eventueel doorsturen naar huisarts of ziekenhuis (zie criteria)
Houdt er bij slachtoffers die hete lucht of rook hebben ingeademd altijd rekening mee dat er ook een
verbranding van de luchtwegen aanwezig kan zijn. Denk hier bij aan slachtoffers die uit een brandend
huis of auto komen, of die in contact zijn geweest met een explosie of steekvlam.
Luchtwegverbrandingen presenteren zich onder andere door: ademhalingsproblemen, roetsporen en
verschroeiing van haren rond neus, mond en wenkbrauwen en een hese stem of gierende ademhaling.
Een verbranding van de luchtwegen is een spoedgeval omdat door zwelling van de slijmvliezen een
luchtwegobstructie kan ontstaan. Lees meer hierover in het hoofdstuk Airway & C-Spine.
Brandwonden door heet water
Verwijder zo snel mogelijk de kleding en handel verder zoals bij brandwonden door vuur.
Brandwonden door chemische stoffen
· Verwijderen van de chemisch stoffen door het uittrekken van kleding en verwijderen van
materialen waar de stof in zit. Verwijder ook alle sieraden, kleding en schoenen. Probeer de huid
bij het verwijderen van kleding niet te beschadigen! Het slachtoffer moet minimaal 30 minuten
gekoeld en afgespoeld worden om verdere schade te beperken. In veel laboratoria zijn
(oog)douches aanwezig. Denk bij het verwijderen van de chemische stoffen aan je eigen
veiligheid.
· DRS. ABCDE : Vitale functies controleren en direct starten met koelen
· Wondverzorging:
o Tweede- en derdegraads wonden moeten steriel afgedekt worden met Metallinegaas of
met niet-verklevende gazen. Indien Metallinegaas niet voorhanden is, kan ook een
normaal steriel gaas worden gebruikt of een schone doek. Bij grote oppervlakten kan
men gebruik maken van een Metalline-deken of een schoon laken.
o Blaren mogen niet doorgeprikt worden, dit geeft onnodig infectiegevaar.
o Er mag geen brandzalf gebruikt worden, dit vergroot de kans op infecties. Daarnaast
verkleurt het de wond, waardoor het moeilijker door een arts te beoordelen is.
· Doorsturen naar ziekenhuis (zie criteria)
Wees bij het koelen van (grote) brandwonden altijd bedacht op onderkoeling van het slachtoffer. Met
name bij grote oppervlakken en bij bejaarden en kinderen is het risico op onderkoeling aanwezig. Koel
altijd met lauw water De waterstraal mag niet rechtstreeks op de wond gericht worden, probeer deze
boven de wond te richten en het water langs de wond af te laten stromen. Ook bij het gebruik van
WaterJel® of Burnshield® op grote oppervlakken is onderkoeling beschreven.
Brandwonden door elektriciteit
Zie paragraaf elektriciteitsletsel