4
bewerkingen
Wijzigingen
geen bewerkingssamenvatting
====Oorzaken====
Ventrikelfibrilleren is een [[hartritmestoornis]] die vaak gezien wordt in de acute fase van een [[hartinfarct]] en is de belangrijkste oorzaak van onmiddellijk overlijden na een [[hartinfarct]]. Ventrikelfibrilleren ontstaat in dat geval als gevolg van veranderingen in de hartspier die zijn opgetreden door zuurstoftekort door afsluiting van een van de [[kransslagaders]]. In het gebied waar zuurstoftekort is, sterven hartspiercellen af waardoor chemische stoffen vrijkomen en de geleiding van elektrische signalen verstoort verstoord raakt. Door een soort 'kortsluiting' verandert de aansturing van de hartspiercellen en treedt ventrikelfibrilleren op. Door het snel correct toepassen van [[reanimatie]] kan voorkomen worden dat de vitale organen door [[zuurstoftekort]] aangetast raken totdat de schok wordt toegediend. Ventrikelfibrilleren treedt ook vaak op na een ventrikeltachycardie (zie [hartritmestoornissen]). Dit is meestal het gevolg van een oud myocardinfarct.
Daarnaast kan ventrikelfibrilleren spontaan optreden door prikkeling van de hartspiercellen. Soms is er een aangeboren afwijking in het hart zelf waardoor een ongelukkige prikkel of tijdelijke geleidingsverandering van de hartkamers een ritmestoornis veroorzaakt. Met name bij jonge mensen is dit vaak de oorzaak van plotselinge hartdood. Ook afwijkingen in de mineralenbalans in het bloed, [[vergiftigingen]], [[onderkoeling]] en [[zuurstoftekort]] kan aanleiding geven tot ventrikelfibrilleren.
====Behandeling====
De enige manier om ventrikelfibrilleren op te heffen is door een geforceerde elektrische schok toe te dienen aan het [[hart]], een handeling die [[defibrillatie]] genoemd wordt. Deze elektrische schok zorgt ervoor dat alle hartspiercellen als het ware 'gereset' worden en waardoor (bij een succesvolle schok) de [[sinusknoop]] het normale hartritme weer oppakt. Om deze elektrische schok toe te dien wordt gebruik gemaakt van een [[defibrillator]]. Op een 'manuele' (handmatige) defibrillator kan men door middel van een hartfilmpje ([[ECG]]) vaststellen of er sprake is van ventrikelfibrilleren of een andere [[hartritmestoornis]]. De arts stelt de benodigde hoeveelheid stroom in om een effectieve schok toe te dienen in op de defibrillator. De stroom wordt overgebracht op het hart door middel van peddels (een soort strijkijzers) die men op de borstkas plaatst of doormiddel van pads (elektrodestickers). De ene elektrode plaatst men onder het rechter sleutelbeen, de andere onder de linker oksel. Hierdoor wordt de stroom door het hart geleid. Tijdens een [[reanimatie]] in het ziekenhuis of door de ambulance wordt ook gebruik gemaakt van aanvullende medicatie om de hartritmestoornis tegen op te gaanheffen.
De manuele defibrillator wordt alleen door artsen en verpleegkundigen in het [[ziekenhuis]] en op de [[ambulance]] gebruikt. Eerstehulpverleners kunnen gebruik maken van de [[Automatische Externe Defibrillator]] die zelf het hartritme analyseert en de juiste instelling regelt indien een schok moet worden toegediend.
[[Categorie:Woordenlijst]][[Categorie:Basic Life Support]]