* Wonden die mogelijk gehecht moeten worden:
** Snijwonden groter dan 1 centimeter, waarbij dieper gelegen structuren (zoals vetweefsel, pezen en spieren) zichtbaar zijn en de wondranden niet eenvoudig naar elkaar toe te brengen zijn.
** Wonden in het gelaat. Deze kunnen door de grotere spanning van de huid op het hoofd cosmetisch lelijke littekens geven.
* Diepe wonden, wonden waarbij de bodem van de wond niet zichtbaar is en waarbij mogelijkonderliggende structuren beschadigd zijn.
* Vuile wonden.
* Grote (en diepe) wonden over gewrichten, waarbij in het genezingsproces het risico staat op contractuurvorming (dwangstand van een gewricht door littekenvorming)