Breath-holding spells: verschil tussen versies
(Nieuwe pagina aangemaakt met '{{Status| |mainauthor= Pim |supervisor= Pim |niveau= Gevorderd |status= Incompleet }} '''Breath-holding spell...') |
(geen verschil)
|
Versie van 6 nov 2011 om 19:49
Auteur: Pim / Supervisor: Pim / Co-auteur: {{{coauthor}}} / Niveau: Gevorderd / Paginastatus: Incompleet. Laatste bewerking: Pim. Zie ook Handleiding. Eerste Hulp Wiki zoekt schrijvers! Schrijf jij ook mee? |
Breath-holding spells, in het Nederlands aanvallen van ingehouden adem komen voor bij kinderen tussen 3 maanden en 5 jaar. Het kind houdt tijdens een driftbui of een onplezierige ervaring zijn adem in, waardoor hij kortdurend het bewustzijn kan verlezen en soms slap wordt. Soms lopen kinderen hierbij ook blauw aan (cyanose), daarom wordt het soms in het Engels ook blue spells genoemd. Het bewustzijnsverlies duurt kort en meestal is het kind binnen 30 seconden tot een minuut weer aanspreekbaar. Er is altijd een duidelijk uitlokkend moment, vaak met huilen of boosheid vooraf. De aanval wordt soms verward met een epileptische aanval of koortsstuipen. Omdat de aanvallen kortdurend ontstaat er geen hersenschade en zijn ze onschuldig. Het kan voor ouders echter een zeer beangstigende ervaring zijn.
Soms worden bij kinderen ook white breath-holding spells gezien, in het Nederlands vasovagele aanval genoemd. Deze treden op bij een plotselinge pijnprikkel, schrikreactie of bij het in bad gaan of het wassen van de haren. Het kind wordt plotseling bleek of grauw, verliest het bewustzijn, soms met verstijven van de spieren. Het onderscheid met een epileptische aanval is vaak moeilijk, omdat bij beiden soms schokjes gezien worden. Er is niet altijd een ouder in de buurt is die de uitlokkende factor ziet.
Eerste Hulp
De eerste hulp bij breath-holding spells bestaat het voorkomen dat het kind zich bezeert, het controleren van de vitale functies en indien er niet snel verbetering optreedt waarschuwen van professionele hulp. Wanneer het kind voor het eerst een aanval doormaakt is het aan te raden om contact op te nemen met de huisarts. Deze kan beoordelen of het nodig is om verder onderzoek te doen. Indien het bewustzijn niet snel terugkeert, leg het kind dan in de stabiele zijligging. Indien de ademhaling niet snel begint, start dan kinderreanimatie.