Wervelkolom: verschil tussen versies
[gecontroleerde versie] | [gecontroleerde versie] |
(→De wervelkolom en trauma) |
|||
Regel 21: | Regel 21: | ||
Ongeveer 55% van de wervelfracturen na een ongeval treedt op in de nekwervelkolom, omdat deze relatief weinig beschermt is en daardoor meer bewegelijk is. Een andere 15 procent van de wervelfracturen vindt plaats in de thoracale wervelkolom. De borstkast biedt enige bescherming tegen fracturen omdat de spieren en ribben zorgen voor extra stevigheid van de wervelkolom. | Ongeveer 55% van de wervelfracturen na een ongeval treedt op in de nekwervelkolom, omdat deze relatief weinig beschermt is en daardoor meer bewegelijk is. Een andere 15 procent van de wervelfracturen vindt plaats in de thoracale wervelkolom. De borstkast biedt enige bescherming tegen fracturen omdat de spieren en ribben zorgen voor extra stevigheid van de wervelkolom. | ||
Een andere zwakke regio in de wervelkolom is de overgang tussen de thoracale- en lumbale wervelkolom, daar treedt ongeveer 15% van de wervelfracturen na een trauma op. Hier is er namelijk een verschil in stevigheid omdat er een overgang is tussen de stevige thoracale wervelkolom en de relatief minder stevige lumbale wervelkolom. De overige 15% van de wervelfracturen vindt plaats in de lumbale wervelkolom. | Een andere zwakke regio in de wervelkolom is de overgang tussen de thoracale- en lumbale wervelkolom, daar treedt ongeveer 15% van de wervelfracturen na een trauma op. Hier is er namelijk een verschil in stevigheid omdat er een overgang is tussen de stevige thoracale wervelkolom en de relatief minder stevige lumbale wervelkolom. De overige 15% van de wervelfracturen vindt plaats in de lumbale wervelkolom. | ||
+ | |||
+ | Fracturen van het sacrum zelf komen relatief gezien veel minder voor, deze worden vaker gezien in het kader van fracturen van de bekkenring. |
Versie van 2 sep 2011 om 14:40
Anatomie en opbouw
De wervelkolom bestaat uit totaal 24 wervels, het heiligbeen (sacrum) en het staartbeen (coccyx). De wervelkolom wordt onderverdeeld in 4 regio's:
- De cervicale- of nekwervelkolom, bestaande 7 wervels, waaronder de atlas en dens (C1-7).
- De thoracale- of borstwerlkolom, bestaande uit 12 wervels (Th1-12).
- De lumbale- of lendewervelkolom, bestaande uit 5 wervels (L1-5).
- Het sacrum (heiligbeen) en de coccyx (staartbeen). Het sacrum bevindt zich in de [[|bekken|bekkenring]].
In de wervelkolom loopt het wervelkanaal, waardoor het ruggenmerg loopt en de zenuwen uittreden naar de spieren, huid en organen. De wervelkolom wordt bijeen gehouden door diverse stevige ligamenten en spieren.
Een wervel bestaat uit meerdere onderdelen die samen zorgen voor de stevigheid van de wervel en van de wervelkolom:
- Het wervellichaam, een stevige ronde botstructuur, waarop en onder de tussenwervelschijf (discus) gelegen is.
- De boogvoetjes (pedicels), die samen met de wervelboog (lamina) het wervelkanaal omsluiten.
- Het doornuisteeksel (processus spinosus) is aan de buitenzijde van de rug te voelen.
- De zijuitsteeksels (processus lateralis) die via de facetgewrichten verbonden zijn met boven en onderliggende wervels en ribben.
De wervelkolom en trauma
De wervelkolom is een stevige structuur, die echter bij ernstige ongevallen regelmatig aangedaan is.
Ongeveer 55% van de wervelfracturen na een ongeval treedt op in de nekwervelkolom, omdat deze relatief weinig beschermt is en daardoor meer bewegelijk is. Een andere 15 procent van de wervelfracturen vindt plaats in de thoracale wervelkolom. De borstkast biedt enige bescherming tegen fracturen omdat de spieren en ribben zorgen voor extra stevigheid van de wervelkolom. Een andere zwakke regio in de wervelkolom is de overgang tussen de thoracale- en lumbale wervelkolom, daar treedt ongeveer 15% van de wervelfracturen na een trauma op. Hier is er namelijk een verschil in stevigheid omdat er een overgang is tussen de stevige thoracale wervelkolom en de relatief minder stevige lumbale wervelkolom. De overige 15% van de wervelfracturen vindt plaats in de lumbale wervelkolom.
Fracturen van het sacrum zelf komen relatief gezien veel minder voor, deze worden vaker gezien in het kader van fracturen van de bekkenring.