Snijwonden: verschil tussen versies

Huidige versie van 6 dec 2012 om 16:20

Een snijwond ontstaat door een scherp voorwerp, zoals een mes of een stuk glas of scherp metaal, dat de huid doorsnijd. De wondranden zijn scherp en er kan afhankelijk van de diepte ook onderhuids weefsel te zien zijn. Een snijwond kan leiden tot actief bloedverlies.

Soms is een snijwond slechts oppervlakkig en zijn alleen de bovenste huidlagen aangedaan. Bij diepere snijwonden kan het onderhuidse vetweefsel zichtbaar zijn en in sommige gevallen spieren, pezen, bloedvaten en zelfs bot. Er is dan ook een risico op beschadiging van pezen en zenuwen en zeker wanneer er een bloedvat geraakt is kan er hevig bloedverlies zijn.

Diepere snijwonden moeten vaak worden gehecht.

Eerste Hulp

De eerste hulp bij snijwonden bestaat uit het beperken van actief bloedverlies en het voorkomen van besmetting van de wond met ziektekiemen. Druk rechtstreeks op de wond kan bloedverlies beperken. Zie ook de pagina over huidverwondingen voor verdere wondzorg.

Ondiepe kleine snijwonden met scherpe wondranden die niet aanmerkingen voor hechten door een arts, kunnen soms ook door de eerstehulpverlener met hechtstrips gesloten worden.

• Draag handschoenen.
• Laat scherpe voorwerpen in de wond zitten en verwijs het slachtoffer eventueel naar een arts. Indien er actief bloedverlies rondom het voorwerp is, leg dan een kransverband aan om het voorwerp te fixeren en het bloedverlies te verminderen.
• Geef bij actief bloedverlies druk op de wond en leg een wonddrukverband aan.
• Wees bij hevig actief bloedverlies op het optreden van shock.
• Spoel de wond uit met kraanwater.
• Beoordeel of de wond door een arts moet worden gezien en behandeld, zie ook Huidverwondingen.
• Leg zo nodig een wonddekverband of wonddrukverband aan.