58
bewerkingen
Wijzigingen
k
Masseren Het geven van borstcompressies gebeurt met gestrekte armen, die loodrecht op het sternum staan. De beweging komt vanuit de heupen en schouders van diegene die reanimeert. Voor het uitoefenen van druk gebruik je je eigen lichaamsgewicht. Het sternum wordt loodrecht in de richting van de wervelkolom gedrukt. Dit gebeurt geleidelijk waarbij het indrukken van het sternum net zo lang moet duren als het omhoog komen. Dit omhoog komen zal spontaan gebeuren. Stotende of onregelmatige bewegingen moeten worden vermeden.
geen bewerkingssamenvatting
De beste positie om te reanimeren is zittend op beide knieën naast het slachtoffer, zo dicht mogelijk tegen de bovenarm aan. Vanaf welke zijde de reanimatie plaatsvindt, maakt niet uit. Wel is het goed om het aan beide kanten te oefenen, omdat je niet voor het uitkiezen hebt hoe een slachtoffer uiteindelijk ligt. Onnodig verplaatsen kost immers tijd!
Bij een volwassene moet het sternum ongeveer 5-6 cm worden ingedrukt. Na elke compressie borstcompressie mag er geen enkele druk op het sternum staan, maar de handen mogen ook niet los komen. Als er nog wel druk wordt uitgeoefend op het sternum terwijl deze naar boven komt, is er sprake van ‘leunen’. Dit voorkomt een goede ‘sponswerking’ van de longen en daardoor heeft het als gevolg dat er minder bloed zal worden rondgepompt.
De frequentie van het masseren de borstcompressies is 100 keer per minuut tot maximaal 120/min. Dit komt neer op iets minder dan 2 keer per seconde. Met elke 30 compressies borstcompressies ben je dus 18 seconden bezig. Na deze compressies borstcompressies worden er 2 beademingen gegeven in 2 pogingen, als een beademing niet is gelukt wordt niet opnieuw geprobeerd. Binnen 5 seconden vanaf het moment dat er wordt gestopt met masseren borstcompressies voor het geven van de beademingen, moet er weer worden begonnen met masserenborstcompressies. Een totale cyclus moet dus 23 seconden duren.
De borstcompressies mogen zo min mogelijk onderbroken worden. Tijdens de onderbrekingen daalt de opgebouwde bloeddruk en daarmee de doorbloeding van de vitale organen. Onderzoek heeft uitgewezen dat langere onderbrekingen van de borstcompressies gepaard gaan met slechtere uitkomst na een circulatiestilstand. Dit betekent dat men na het vaststellen van een circulatiestilstand zo snel mogelijk start met borstcompressies, door de controles kort te houden en niet langer dan 10 seconden de ademhaling te controleren. Daarnaast worden de borstcompressies niet langer dan 5 seconden onderbroken om twee 2 beademingen te geven en gaat men door met het geven van compressies borstcompressies tijdens het plaatsen van de elektrodes van de AED.
===Beademingen===
Om er voor te zorgen dat ook de longen van het slachtoffer geventileerd worden tijdens de reanimatie, worden er beademingen gegeven in de rustfase tussen de 30 compressiesborstcompressies. De lucht om ons heen bevat ongeveer 21% zuurstof, de lucht die wij uitademen bevat nog 16% zuurstof. Uitgeademde lucht bevat nog voldoende zuurstof om een slachtoffer mee te beademen. Tussen de compressies borstcompressies worden 2 beademingen gegeven. Om een effectieve beademing te kunnen geven dient men eerst luchtweg vrij te maken door het toepassen van de chinlift.
====Chinlift====
Er worden tijdens de beademingsfase slechts twee pogingen gedaan om te beademen. Lukt er een beademing niet, doe dan geen nieuwe poging, maar ga gewoon verder met het geven van borstcompressies. Het inblazen van lucht moet rustig en gelijkmatig gebeuren. Indien er te snel of met te veel kracht beademd wordt, bestaat er het risico dat het slachtoffer gaat braken en braaksel in de longen terecht komt (aspiratie). Het slachtoffer moet dan zo snel mogelijk op de zij gelegd worden zodat het braaksel uit de mond kan. Dit doet men met de snelle kantelmethode. Het slachtoffer wordt bij schouder en heup gepakt en op de zij getrokken, zodat het braaksel goed uit de mond kan vloeien. Maak de mondholte na het braken leeg om te voorkomen dat er braaksel in de luchtwegen komt.
Er kunnen zich omstandigheden voordoen dat beademen niet mogelijk is, of dat beademen risico’s voor de hulpverlener met zich meebrengt (zie ook hulpmiddelen bij reanimatie). In dat geval mag je ononderbroken borstcompressies geven met een frequentie van 100 keer per minuuttot maaximaal 120/min.
==Reanimatie onder bijzondere omstandigheden==